Participatief onderzoek: 'Over ongemakkelijk gesproken'

Alex Schenkels, onderzoeker bij lectoraat Betrokken Wetenschap

Het vertrouwde MS-teams belgeluid schalt door mijn headset. Het is augustus 2021, midden in de coronapandemie, ons sociale bestaan speelt zich grotendeels online af. Het deuntje is welbekend, dagelijks hoorbaar bij de start van online college en overleggen. Waar het riedeltje in die settingen tegenwoordig een gevoel van sleur oproept, word ik er nu lichtelijk nerveus van.

Over luttele seconden zal ik terechtkomen in een reflectiefocusgroep die ik belegd heb met enkele deelnemers van mijn promotieonderzoek. Het onderwerp van gesprek: de conceptversie van een artikel dat ik heb geschreven. Het artikel gaat over eerdere focusgroepen, waar zij ook bij betrokken waren. Een soort redactievergadering, maar dan met degenen over wie geschreven is als de belangrijkste redactieleden.
De vergadering begint. “Welkom allemaal”, zeg ik. “Fijn dat jullie er zijn. Ik vind het ook best spannend en ongemakkelijk eerlijk gezegd, alsof ik een spreekbeurt moet geven, haha”. Even is het stil, als A. zijn microfoon aanzet: “Nou, dan zal ik je uit de spanning halen, want we zijn het er allemaal over eens dat je goed je best hebt gedaan Alex”. Iedereen lacht.

Binnen kwalitatief onderzoek is het gemeengoed om onszelf als onderzoekers in ogenschouw te nemen. Onderzoekers zijn geen neutrale, afstandelijke observanten. In tegendeel, we nemen onze persoonlijkheid, levenservaring, voorkennis, alsook ons uiterlijk mee; of we nou willen of niet. Al deze zaken beïnvloeden de kwaliteit van ons werk. Hoe wij onderzoeken, alsook: hoe we het opschrijven.

Feitelijk hebben kwalitatief onderzoekers ontdekt dat onderzoekers.. uhm.. net mensen zijn. Als we de wetenschap toch niet hadden, he!

Menig kwalitatief onderzoeker houdt vlijtig reflectiedagboeken bij, of schrijft zelfs hele artikelen over positionaliteit (diens sociale positie, referentiekader e.d.): enkele beproefde methoden om je ‘subjectieve ik’ mee te wegen. Toch voelt dit altijd wat beperkt voor mij. Het gros van dergelijke reflecties schrijft men achteraf, als ‘het stof’ is gaan liggen. De meeste teksten schrijft men bovendien in zijn of haar eentje. Een tamelijk comfortabele manier van reflecteren, als je het mij vraagt.

Dan denk ik aan mijn studenten, die op hun stages continu feedback krijgen. Juist in het heetst van de strijd, juist van zoveel mogelijke relevante anderen. Reflectieverslagen worden nog extra doorgelicht tijdens voortgangsgesprekken.

Voor hen is feedback krijgen vaak een erg spannend moment. Ze voelen zich kwetsbaar, oncomfortabel. Echter, keer op keer komen ze uiteindelijk tot de conclusie dat ze juist hierdoor enorm veel leren, samenwerkingen verbeteren en zij een betere (sociale) professional worden. Waarom zouden we dit niet van onszelf als onderzoekers vragen? Zijn wij dan zo boven de materie verheven, dat wij dit helemaal zelf kunnen? Ik in ieder geval niet, besloot ik. Vandaar bovengenoemde reflectiebijeenkomst. “Het moest wel een groepsinterview zijn”, zeg ik tegen de deelnemers, ”dan krijg ik diverse input en ben ik in de minderheid. Maarre, spaar me vooral niet hè”. De gelegenheidsredactie had echter geen aanmoediging nodig. Op constructief-kritische wijze werd zo’n beetje iedere alinea nauwkeurig gefileerd. Ik kwam tot inzichten waar ik anders niet opgekomen was. Met een enkeling moest ik zelfs onderhandelen over hoe iets geformuleerd was. Over ongemakkelijk gesproken!

Inhoudelijk kwamen we niet tot overeenstemming, dus stelde ik voor dat ik ons verschil van inzicht gewoon als zodanig zou beschrijven in het stuk. Dat leek me het meest transparant. Tot besluit hielden we een rondje met laatste opmerkingen. Een van de deelnemers, Y., zegt: “Ik vond het vooral erg leuk en leerzaam. Dank voor het organiseren, Alex!”. De anderen knikken instemmend.

Deze bijeenkomst laat voor mij de waarde van participatief onderzoek zien: een gelijkwaardigere manier van werken en onderzoeksprocessen die betekenisvol(ler) zijn voor de betrokkenen. Sterker nog, de kwaliteit van je onderzoek wordt er beter van. Ik heb een beter, diepgaander stuk kunnen schrijven.
Bovendien, binnen participatief onderzoek neem je de onoverkomelijke menselijkheid van de onderzoeker echt serieus; in al haar facetten. Een mens die, zoals iedereen, leert en zichzelf verbetert door de feedback vanuit zijn/haar omgeving, in het hier en nu. Over participatief onderzoek wordt vaak gezegd dat de onderzochten mede-onderzoekers worden. In mijn optiek worden de onderzoeker(s) tevens mede-onderzocht(en). Een wenselijke ‘stoelendans’, die in al haar weerbarstigheid sterk lijkt op dat wat we onderzoeken: het leven..
Publicatiedatum
11 maart 2025
This site is registered on wpml.org as a development site. Switch to a production site key to remove this banner.